The Diary of a nobody, George & Weedon Grossmith

Tantes groot blunderboek telt na ettelijke lentes een stevig aantal pagina's. Zo was er die keer dat ik bij een trouwerij heel luid het verkeerde lied inzette en halsstarrig bleef doorgaan, ondanks de duidelijke signalen van de andere aanwezigen. Ik heb ook eens een hele ochtend rondgelopen met een streep eyeliner op mijn wang, en daarbij met heel wat mensen vergaderd (dit keer zonder dat ik signalen kreeg, trouwens). En ik heb onlangs tijdens een videocall luidop een verwensing naar iemand uitgesproken terwijl ik niet gemuted was. Ai, ai, ai. Blunders zijn van alle tijden en tegelijk vertellen ze ook iets over de tijd waarin ze worden begaan. Neem nu de flaters die de eenvoudige klerk Charles Pooter zo aandoenlijk in zijn dagboek beschrijft. Hij verliest bijvoorbeeld zijn strikje in de opera en is maar wat blij dat hij een baard heeft. De rest van de avond loopt hij dus angstvallig kinklemmend rond zodat niemand hem zou betrappen op deze faux pas . Als hij even later min of me