Tijd om te lanterfanten!
Ooit, heel lang
geleden, was er eens iemand (ik denk een mannetje) die de behoefte voelde om de
tijd te gaan meten. “Zonsopgang en zonsondergang is allemaal mooi en aardig”,
dacht hij, “idyllisch en beslist romantisch, maar wat kóóp ik daar nu voor? Het
is ook zo lastig afspreken met vrienden (wanneer kom je? Oh, als de zon een beetje
rood begint te kleuren???) En bovendien is het excuus “o, is het al zo laat, ik
moet nu echt gaan” héél ongeloofwaardig, momenteel. “
En dus bouwde dat
mannetje (vast een gluiperig en onsympathiek schepsel) een klok. Grinnikend
wreef hij zich in de handen: controle van de medemens was zijn deel! Want ja, nu
konden de stadspoorten op vaste tijdstippen open en dicht, kon de markt op klokvast
beginnen en kon ook de inspanning van arbeidskrachten gemeten worden: “Kom op
jongens, niet zeuren, dat wandtapijt moet binnen een uur af zijn.”
Met de komst van
de klok was het hek van de dam, en vandaag de dag worden we meer dan ooit door
de klok geregeerd. En die klok staat nooit stil. Er zijn altijd mails, steeds
tweets en ongetwijfeld constant nieuwe facebookitems om te checken. Neen, men
hoeft zich tegenwoordig niet te vervelen!
En eigenlijk is
dat behoorlijk jammer, meent Joke Hermsen. Want vervelen is essentieel om te herbronnen.
Naast de kloktijd bestaat er immers ook een andere tijd. Minder rationeel en
economisch productief. Tijd van stilte, verandering en creativiteit. Een andere
dimensie dus om niet uit het oog te verliezen. En daar zijn heel wat argumenten
voor, zo blijkt uit dit boek:
Misschien meteen
even meegeven: dit is geen eenvoudige kost! Geen boekje om even snel, snel door
te bladeren. Maar iets om je in te verdiepen, om te herlezen, uit te spitten en
lang over na te denken. Al lummelend op de bank met een kop thee.( Terwijl anderen
denken dat je je tijd aan het verdoen bent omdat je naar de wolken staart).
Hermsen definieert
de kloktijd als de tijd van het meetbare, economische, controlerende en praktische
denken . Tijd van orde, controle en voorspelbaarheid. Nu kan regelmaat best
fijn zijn, maar als je niet oppast monden wetmatigheden en herhaling uit in
verstarring. Nieuwe ideeën, nieuwe energie moet de mens elders halen: uit dagdromen,
kunst en literatuur en uit de natuur. Allemaal domeinen waar de economische
tredmolen het niet voor het zeggen heeft. Af en toe eens niet op je horloge
blikken, en het eeuwige geruis even dimmen, is dus broodnodig.
Vandaag dreigen we
dat een beetje te vergeten en de tijd te reduceren tot de kloktijd. We laten
ons opjagen door de gedachte dan we steeds productief moeten zijn (ledigheid is
des duivels oorkussen!) En zo zijn we een beetje bang geworden van rust en
stilte: zelfs onze vrije tijd plannen we helemaal vol. En dat is gevaarlijk,
stelt Hermsen, want werd vroeger al niet gezegd dat tirannen ervoor zorgden dat
het volk altijd bezig was, zodat ze niet zouden nadenken? En als er geen
kritische vragen meer gesteld worden, komen we dan niet in een barbarij terecht?
Creativiteit,
herbronning en vernieuwing zitten in die tweede, onderliggende tijdstroom, die
van het doelloze, belangeloze en dus niet economisch productieve denken. En dat
hadden heel wat filosofen en kunstenaars al begrepen. In het boek komen
filosofen als Bergson, Arendt en Bloch aan het woord, zij legden de
theoretische basis voor dit tweeledige denken. Maar ook schrijvers als Proust
en Virginia Woolf doken inituïtief onder in die tweede, tragere tijdstroom om
daar inspiratie te vinden. Hermsen gaat uitgebreid in op de tijdsdimensies in
hun werk.
Heel indrukwekkend
is ook het hoofdstuk over de schilder Rothko, die stelde dat kunst de
volumeknop van het leven wat zachter kan zetten. Zo ontstaat er ruimte om na te
denken over wat tijdloos en dus essentieel en waardevol is. Echte kunst is dus
niet ontspannend, maar juist veel werk voor de toeschouwer, omdat het ons
dwingt onze visie op de wereld te herzien. Daarin verschilt kunst van
entertainment: dat ons juist van de wereld wil afleiden en ervoor wil zorgen
dat we ons geen vragen meer stellen (brood en spelen, weet u nog).
Als de mens niet
wil verstarren en verharden, moet hij dus op tijd en stond eens onderduiken in
die andere dimensie. Hermsen pleit er echter niet voor om de
kloktijd volledig los te laten.( dat is ook bijna onmogelijk, tenzij u van plan
zou zijn u in de woestijn terug te trekken als pilaarheilige) Maar een betere
balans zoeken tussen rationele tijd en rust is beslist nodig. Omdat even
afstand nemen nieuwe perspectieven oplevert.
Kortom, beste
mensen, gelieve meer te lummelen, te lanterfanten en te luilakken. En ondertussen na te denken. Afstand te nemen. Uzelf en de
wereld worden er beslist beter van! Maar wie af en toe een boek leest, zoals u,
die is al goed op weg!
PS. Andere
bloggers gingen theetante voor. Joke had bijvoorbeeld moeite met dit toch wel
taaie boek. En Hannie merkt in een heel interessant blogbericht op dat te veel
verveling en te weinig regelmaat ook niet goed zijn voor een mens. Op naar de gulden
middenweg dus!
Het lanterfanten is erg nodig om tot originele ideen te komen.Op de site Lanterfanten staan nog vele tip over het edele lanterfanten
BeantwoordenVerwijderenwww.lanterfanten.nl