De leesclub leest “Vader”
Ja, wij
leesclubladies houden wel van een glaasje. Frisse cava bijvoorbeeld. Of zoete
witte wijn. Met een stukje taart erbij. Een pittig olijfje, en een knapperig
nootje. Maar wij houden het ook snel voor bekeken. En schakelen dra over op een
kopje thee. En nadien helpen we ook nog eens met de opruim, hoe voorbeeldig!
Neen, ontsporen in
alcohol en chaos doen we nooit. Dit in tegenstelling tot de vader van Karl Ove
Knausgård, hoofdpersoon uit het boek dat we allemaal gelezen hadden. Deze keer
waren we het voor de verandering roerend eens: een fantastisch boek. Zwaar
verslavend ook. Een boek dat enerzijds vlot weg las en ons anderzijds deed
nadenken. En zo hebben we het graag.
Lang hebben we
gediscussieerd over de vraag of de schrijver wel zo empatisch is als de
uitgever jubelend op de cover heeft vermeld. Ondergetekende vond van niet en
merkte schamper op dat hij zich wel kan inleven in schilderijen en dingen, maar
niet in mensen. Een huilende wanhopige vader laat hij aan zijn lot over. Een
onverzorgde, zelfs stinkende oma doet hij niet in bad. En hij is bereid om zijn
hoogzwangere, ietwat angstige vrouw alleen thuis te laten. Andere leesladies waren
het daar niet mee eens. Zij vonden hem empatisch op een interne soort manier.
Zo merkt hij wel op wat anderen allemaal voelen, maar komt hij zelf niet tot
handelen. Oma stopt hij niet in bad omdat hij bang is dat ze zich daar
ongemakkelijk bij zou voelen. Is het ook niet een beetje Scandinavisch om een
binnenvetter te zijn, vulden anderen aan, denk: The killing en Borgen: ook daar
worden heel wat gevoelens toch vooral voor jezelf gehouden?
Misschien heeft
dat gebrek aan empathie ook te maken met de schrijfstijl. Knausgård noteert minutieus
wat hij meemaakt, in alle details. Hoofd en bijzaak onderscheidt hij niet. Voor
mensen die willen “dat er geen mus zonder reden van een dak valt in een boek”
moet dit dan ook een helse leestocht zijn. Voor ons was deze stijl eerder
verslavend en misschien wat hyptoniserend. Fascinerend in elk geval.
In dat opzicht
lijkt dit boek sterk op de reeks Het
bureau van Volskuil. Ook daar maakt de auteur geen narratieve keuzes en
plaats hij alles op eenzelfde niveau. Heerlijk voortkabbelend en daardoor
rustgevend, op een bepaalde manier. Tante genoot toen van het eerste deel, maar
gaf het daarna op. Geen enkele narratieve keuze maken, ging toch vervelen. Dat
risico zit er bij Knausgård minder in, want hij maakt wel een keuze. Elk boek
bekijkt zijn leven vanuit een bepaald perspectief. Hier was het zijn vader, in
het volgende boek komt zijn gezin aan bod. Vanuit die invalshoek belicht hij
dan markante passages. Bijvoorbeeld zijn pubertijd toen de neergang van vader
werd ingezet. Maar binnen die passages beschrijft hij alles in detail. We
verwachten dat de volgende delen bepaalde passages opnieuw ter sprake brengen,
maar dan vanuit een andere hoek bekeken. Op ons verlanglijstje staat alvast een
deel “moeder” en een deel “broer”.
In een cruciale
filosofische passage halverwege het werk, legt Knausgård uit waarom hij zo
schrijft. Zijn stelling is namelijk dat de wereld geest is geworden en dat we
alles interpreteren en abstraheren. Na 1900 is de kunst losgekomen van het
materiële: het gaat niet meer om de ambachtelijke vaardigheid, maar om de
gedachte die erachter zit: het innerlijk van de kunstenaar staat centraal. Knausgård
wil dit bewust niet (en laat misschien daarom zo weinig van zijn innerlijk
zien). Hij wil niet abstraheren, geen grote lijnen trekken. Als zijn vader is
overleden zegt hij trouwens heel expliciet dat hij nu niet wil terechtkomen in
het “grote verhaal van twee zoons die hun vader gaan begraven”.
Daarom begint het
boek ook met een glasheldere, messcherpe passage over de dood. Het enige dat
aan onze wereld van de geest ontsnapt. We kunnen er rationeel niet bij, maar
verbergen de materialiteit ervan. Plots ging bij tante een licht op: daarom
besteedt hij zoveel pagina’s aan de materie (lees: de teringzooi) die zijn
vader achterlaat. De materialiteit van zijn vader, ook diens lichaam, staat wel
erg centraal, de interpretatie van het leven van zijn vader krijgt nauwelijks
aandacht. Helaas, geen gejuich bij de andere ladies, zij wilden er niet aan.
Had tante het boek dan toch weer te veel vergeestelijkt?
Misschien nog het
langst hebben we gediscussieerd over zijn eigen rol als vader. Een gegeven dat
in deze roman maar minimaal aan bod komt. Maar toch ontwapenend eerlijk was.
Kinderen zijn voor hem niet de zin van het leven, en allerminst een roze wolk.
Maar dat neemt niet weg dat hij enorm veel van hen houdt. Wijzelf kunnen daar
ook mee worstelen. We willen onze kinderen niet op een voetstuk plaatsen en
voortdurend applaudisseren over elk akkefietje dat ze realiseren. Maar we
vonden hem aan de andere kant ook wel heel erg koel. Toen iemand opmerkte dat
hij ondertussen vrouw en kinderen heeft laten zitten, was de verontwaardiging
dan ook groot.
Slotsom: we hebben
een fijn boek gelezen en hebben al zin in het volgende deel. Maar dat gaan we
nog even uitstellen naar de zomer: want te veel is nu eenmaal trop.
PS. Benieuwd wat andere
boekenbloggers over “Vader” schreven? Neem dan een kijkje bij boekhappen en overboeken en zo…
En ook Kanck schreef deze week nog een artikel over de vraag wat het succes van
Karl Ove verklaart. Een steengoed artikel dat Karl Ove een moderne Elckerlyk noemt en aangeeft
hoe verademend het is om eens niet een verplicht rooskleurig geluksbeeld te
schetsen, maar ook eerlijk toe te geven waar het niet lukt. Raak!
PSPS de volgende
keer lezen we met de boekenclub het boek “De jacht op het verloren schaap”van
Murakami. Aangezien tante niet door de Opwindvogelkronieken is heen geraakt ziet
ze deze opdracht niet meteen zitten. Wie o wie spreekt haar moed in?
Alweer een uiterst boeiende bespreking van dit boek: ik ga het nu kopen!
BeantwoordenVerwijderenWat betreft Murakami, daar kan ik je helaas niet mee helpen. Ik heb twee van zijn boeken gelezen (Sputnik Sweetheart en Norwegian Wood) en beide keren drong ik niet echt tot het boek door. Ik heb het idee dat het aan mij ligt, maar daar heb je natuurlijk niks aan. Waarschijnlijk zijn Murakami en ik gewoon niet voor elkaar gemaakt.
Dag Anna. Ik ben nu al benieuwd wat jij ervan vindt! Ik zou niet met Karl kunnen leven, maar andere dames zijn het daar blijkbaar niet mee eens. .... maar dat neemt niet weg dat ik het een prachtig boek vond, op naar deel 2!
VerwijderenIk had de bespreking van Joke al gelezen en nu deze, en ik denk dat ik het boek voor mijn verjaardag ga vragen.
BeantwoordenVerwijderenWat die Murakami betreft kan ik je niet helpen, mij trekt dit helemaal niet, dus ik begin er gewoon niet aan. Maar ik houd niet van Japanse schrijvers.
groetjes,
Dan duim ik dat je het boek krijgt en er evenveel van geniet als ik. Door alle reacties van de anderen heb ik nu nog minder zin in Murakami. Maar ik ging bij de leesclub om mijn grenzen te verleggen, dus ik ga het toch proberen.
Verwijderenhttp://www.moetjelezen.com/2013/01/vader-karl-ove-knausgard-liefde-karl.html
BeantwoordenVerwijderenFijn! Weer een linkje naar een bespreking erbij. En ik ben hetweer helemaal eens!
BeantwoordenVerwijderenDe verkoopster van de plaatselijke boekhandel (jawel Gerda Aukes) is dus helemaal fan van deze Karl Knausgard. Zij kon me nog niet helemaal overtuigen, maar na jouw mooie verslag denk ik toch maar dat ik het eens ga proberen
BeantwoordenVerwijderenZeker doen, al moet je door een wat taaier middenstuk heen, gewoon doorlezen he?!
VerwijderenIk wil zijn boeken ook graag kopen maar ik probeer een jaar geen boeken meer te kopen... Ik zal volgend jaar wel zien of ze mij dan nog zo aanspreken of niet. Nu spreken zijn boeken mij in ieder geval hard aan en jij hebt er een mooie bespreking van gemaakt.
BeantwoordenVerwijderenVader vond ik niet om doorheen te komen, dwz het eerste gedeelte vond ik erg mooi, maar daarna!! Niet te pruimen, ik heb het dan ook niet uitgelezen. Mijn korte recensie: http://boekblogger.wordpress.com/2012/05/05/drie-boeken-die-ik-niet-heb-uitgelezen/
BeantwoordenVerwijderenDaarentegen vond ik de Opwindvogelkronieken wel mooi. Jacht op het verloren schaap is denk ik mijn favorite Murakami boek. Je moet een beetje anders gaan denken, niet proberen alles te begrijpen, dan vind je het misschien toch wel mooi.
Die passage vond ik ook moeilijk. Het is vooral daarom dat ik "de Karl" niet zo'n fijne man vind. Maar, als je had doorgelezen dan was je weer uitgekomen op een boeiende, meeslepende vertelling. Dus toch wat jammer dat je gestopt bent, vind ik.
VerwijderenBedankt voor de Murakami-leeswijzer. Ik ga er zeker gebruik van maken. Eens kijken of het me lukt om niet overal een betekenis achter te zoeken (want dat is voor mij vaak de "sport" bij het lezen....)